Vet heeft een nare bijsmaak, want mensen denken dat het je alleen maar dikker maakt. Dat is niet waar, zoals je in onze kennisbank over vetten uitgebreid kan teruglezen. Vetten zijn nodig voor je lichaam.

De verschillende functies van vet leggen we je uit in dit artikel. Ook benoemen we de oorzaken van vetopslag.

 

Functies van vetten

Vetweefsel is erg belangrijk voor je lichaam. De hoeveelheid lichaamsvet dat je in je vetcellen meedraagt is echter ook de mate waarin je last kan hebben van overgewicht. Slaan jouw vetcellen veel vet op? Dan is de kans op overgewicht en obesitas groot. Slaan ze weinig op? Dan is de kans op overgewicht een stuk kleiner.

Vetweefsel heeft de functie als isolator (het beschermt je tegen de kou), energiereserve (je kunt energie verbruiken door vet te eten), beschermlaag (vet beschermt je organen) en hormoonleverancier (vetten zijn cruciaal voor je hormoonhuishouding). Vetten zijn dus nuttig.

Je vetreserves worden gevormd door het vet dat je teveel eet en wat voor bovenstaande functies niet meer nodig is. Vetreserves worden opgeslagen in vetcellen. Hoe meer vetreserves, hoe groter die cellen worden en hoe meer overgewicht je zal ontwikkelen.

Je stofwisseling speelt hierbij een belangrijke rol, want die zetten vetreserves om in energie of breken ze af. De stofwisseling van de ene persoon kan zorgen dat die meer vet verbrand dan de andere persoon.

 

Vetopslag en oorzaken

Je lichaam slaat vet op voor verschillende doeleinden, zoals hierboven besproken. Maar wat zijn de oorzaken van vetopslag precies?

 

Hormoonhuishouding

Vet maakt een belangrijk onderdeel uit van de algehele hormoonhuishouding. Hormonen spelen een belangrijke rol bij het verbranden van vet. Denk bijvoorbeeld aan insuline en leptine, maar ook ghreline, secretine, cortisol, histamine, serotonine, thyroxine, bombesine, epinephrine, gastrine, dopamine, glucagon, estradiol, resistine, adiponectine en angiotensine.

Als er veel vet wordt opgeslagen, kan het zijn dat je last hebt van een hormonale afwijking. In dat geval is er iets mis met je schildklier, bijnieren of andere hormoonklieren of hormoonreceptoren. Je lichaam is dan niet in staat om een goede hoeveelheid hormonen in je lichaam te laten rondgaan.

 

Organen

Je organen zijn ook bij je vetstofwisseling betrokken. Denk aan je maag, waar voeding wordt opgevangen, je darmen, lever, schildklier en je gal. Een afwijking in een van die organen kan leiden tot een verhoogde vetopslag, maar ook tot een verlaagde vetopname.

 

Calorieën

Calorieën zijn de benaming voor de wijze waarop voedingsstoffen die je nodig hebt worden berekend. Calorieën (ook wel kcal, van kilocalorieën) worden berekend aan de hand van je energiebehoefte en je energie-inname. Lees erover in ons artikel over caloriebehoefte.

Als je meer calorieën binnenkrijgt dan je verbruikt, wordt er vet opgeslagen. Dat kan je voorkomen door meer te gaan bewegen.

 

Suikers

Suikers beïnvloeden de hormonen die de opslag van vet stimuleren. Je ziet dat onder meer terug bij het nuttigen van koolhydraten. Je eet daar al snel teveel van. Koolhydraten worden vervolgens omgezet in insuline en opgeslagen als vet.

Voedingsvet

In principe kan voedingsvet heel eenvoudig worden omgezet in lichaamsvet. Zodra er geen betere bestemming voor gevonden is, is dat dan ok wat er gebeurt. Dat betekent dat een overschot aan voedingsvet zal zorgen voor een toename in je lichaamsvet. Dit ga je aan de buitenkant zien door dikkere benen, billen, buik en heupen.

 

Andere oorzaken

Er zijn nog meer oorzaken voor vetopslag. Denk bijvoorbeeld aan het overmatig drinken van alcohol. Ook veelvuldig zout eten kan een oorzaak zijn. Slaapgebrek, stress, medicijngebruik of gewoon genetische aanleg zijn allemaal oorzaken die kunnen bijdragen aan overgewicht door vetopslag.